De politie had verschillende sleutelkastjes-overvallen kunnen voorkomen, als het sporenonderzoek in die zaak sneller was afgerond. Uiteindelijk is er wel een 32-jarige man aangehouden.
Dat bevestigt hoofd recherche Rob van Kan. Het zijn dit soort zaken die hem inspireerden om een eigen forensisch lab voor de Limburgse politie op poten te zetten. Dat lab moet later dit jaar al in gebruik worden genomen.
Lees ook: Verdachte sleutelkastjes-overvallen blijft langer vastzitten
Pijnlijke conclusie
Het dna van de sleutelkastjesrover uit Gouda was al een maand in het bezit van de politie voordat de match van het forensisch instituut NFI binnenkwam. In de tussentijd sloeg de man nog eens toe. Een pijnlijke conclusie, vindt ook Van Kan. "Dit komt regelmatig voor, zeker bij seriematige delicten zoals met de sleutelkastjes. Maar ook overvallen, inbraken en ramkraken. Als je sneller een match hebt, voorkom je dat er meer inbraken gepleegd worden."
Sporen sparen
En daar loopt de politie vaak tegen de muur. Er mogen iedere maand maar 86 zogenaamde bulksporen, zoals dna, worden ingediend bij het NFI. "Daardoor ga je sporen opsparen tot later in de maand, anders heb je aan het einde van de maand geen mogelijkheden meer. Vervolgens duurt het één tot twee maanden voordat de sporen terug zijn, dus met een beetje pech ben je maanden verder voordat je ook maar iets weet. Daardoor blijven er veel zaken liggen."
Eigen lab
Van Kan denkt daar een oplossing voor te hebben gevonden. In samenwerking met The Maastricht Forensic Institute en Brightlands Medical wordt er een eigen forensisch lab opgezet. "We bouwen geen nieuw lab, maar maken gebruik van expertise die in de eigen omgeving aanwezig is. Je betaalt een paar tientjes per spoor, maar het bouwen van een lab kost een bedrag van zes nullen. En het onderhouden daarvan kost een veelvoud van zo'n bedrag."
Maanden worden dagen
En misschien nog belangrijker dan de kosten; sporen zijn veel sneller onderzocht. Het kost geen maanden, maar dagen voordat er resultaat is. "Zo zouden we niet alleen meer zaken kunnen oplossen, maar ook meer zaken kunnen oppakken", denkt Van Kan. "Dat is in ieder geval wat ik ga onderzoeken." Het plan van Van Kan heeft nog geen groen licht gekregen. "Het geld dat we nodig hebben, negen ton, zou uit een programma van het ministerie moeten komen. Maar we hebben goede hoop dat we al in het derde kwartaal kunnen beginnen."