De Belgisch-Limburgse gemeenten Lanaken en Diepenbeek stappen naar de rechter als de tramlijn tussen Maastricht en Hasselt er niet komt.
Dat zegt burgemeester Patrick Hermans van Diepenbeek.
Hoofdpijndossier
De uitspraak van Hermans is een nieuw hoofdstuk in het hoofdpijndossier rondom tramlijn van Maastricht naar België. Het project staat onder druk, omdat de kosten van het project aan Nederlandse kant zo'n 30 tot 40 miljoen euro hoger zijn dan eerder werd aangenomen. De kosten lopen onder meer op, omdat er aanpassingen aan de Wilhelminabrug over de Maas nodig zijn om er een tram over te kunnen laten rijden.
Zes ton
De gemeente Diepenbeek betaalde al zes ton voor de tramlijn, voornamelijk aan onteigeningen. Lanaken trok voor ruim één ton de portemonnee. In Hasselt gaat om bijna vier ton. En dat terwijl de toekomst voor de tramlijn dus helemaal niet zeker is.
Geld van de inwoners
"Die 600 duizend euro is in feite geld van de inwoners van Diepenbeek, als wij dat geld niet terugkrijgen, dan zijn we verplicht om naar de rechtbank te stappen", aldus burgemeester Hermans. "Wie zich niet aan de afspraken houdt, die zullen we dagvaarden. Er zijn overeenkomsten opgemaakt en iedereen moet zich daar aan houden."
Na de zomer moet er een definitief besluit worden genomen over de tramlijn.
Lees ook: 'Trambus oplossing voor tramlijn Maastricht-Hasselt'