Het oud-bestuurslid van moskee Al Houda uit Geleen dat een moskeeverbod overtrad, is schuldig maar krijgt geen straf vanwege de bijzondere omstandigheden in deze zaak.
Dat oordeelde de rechtbank Limburg vrijdagmiddag.
Slachtoffer, geen dader
De aangeklaagde heeft, zo blijkt uit het onderzoek, niet aangezet tot verdeeldheid binnen de geloofsgemeenschap en heeft geen bedreigingen geuit. De agressie richtte zich juist tégen hem. Dat gebeurde toen een imam uit Verviers hem bestempelde tot ongelovige en een fatwa (banvloek) over hem afriep.
Fatwa
Dat gebeurde begin vorig jaar, toen een vergadering over de koers van de moskee uit de hand liep. Gematigde en salafistische moslims kregen het met elkaar aan de stok over een nieuwe verenigingsstructuur. Toen de verdachte met stemverheffing de microfoon vroeg, werd een fatwa uitgesproken door de imam uit Verviers, die in Geleen predikt: "Wie de gemeenschap verlaat, moet geëxecuteerd worden."
Huisvredebreuk
Zeven getuigen verklaarden eenduidig daarover. De man kreeg twee dagen later een tijdelijk moskeeverbod opgelegd omdat hij voor verdeeldheid zou zorgen. Op advies van zijn toenmalige advocaat ging hij toch naar de moskee om te bidden. Na binnenkomst werd direct de politie gebeld die hem aanhield voor lokaalvredebreuk. Later ontving de man een permanent moskeeverbod.
Niet ter zake
Twee weken geleden liet het Openbaar Ministerie weten dat de man slachtoffer is "van een moskeebestuur dat kennelijk moeite heeft met de meer democratische inslag van een deel van de groep” en het lokaalverbod ten onrechte is opgelegd. De rechtbank liet donderdag weten dat het al dan niet terecht opleggen van het lokaalverbod niet ter zake doet in de beoordeling of het verbod is overtreden.
Elke dag het belangrijkste nieuws in je mail? Dat regelen we voor je. Klik hier.
