Provincie is aan zet nu Arriva wordt verkocht

Arriva regelt in Limburg het busvervoer en heeft op het spoor de Maaslijn van Roermond naar Nijmegen en de Heuvellandlijn van Maastricht naar Kerkrade.

Het bedrijf is een dochteronderneming van Deutsche Bahn. Dat moederbedrijf wil haar volledige aandelenbelang verkopen aan het Amerikaans infrastructuurfonds I Squared Capital. Het zou gaan om een bedrag van 1,6 miljard euro. Ook na de verkoop blijft de Limburgse concessie bestaan onder de lopende voorwaarden. Het contract tussen de provincie en Arriva loopt pas in 2031 af.

De provincie Limburg heeft contractueel het recht om al dan niet toestemming te geven aan deze verkoop. Dat zou ergens het komende half jaar moeten gebeuren. Daaraan gekoppeld is het beëindigingsrecht. Gedeputeerde Kuntzelaers: "Als de overdracht plaatsvindt zonder instemming, heeft de provincie het recht om de overeenkomst te beëindigen. Deze rechten moeten binnen de juridische kaders van -redelijkheid en billijkheid- bezien worden."

Geen nieuwe eisen
De macht van de provincie is echter beperkt. Er is geen enkele mogelijkheid om de overname tegen te houden of om nieuwe eisen te stellen aan Arriva. Binnenkort volgt een vertrouwelijke informatiesessie voor de leden van Provinciale Staten.

De Limburgse politiek maakt zich de laatste jaren grote zorgen over de dienstverlening Arriva. De service wordt steeds minder, maar de prijzen voor het bus- en treinkaartje gaan wel fors omhoog. Vooral de PvdA in het gouvernement is kritisch. Statenlid Aleida Berghorst heeft deze week vragen gesteld aan het college van GS. "Bent u het met ons eens dat de verkoop van Arriva aan I Squared Capital voor Limburg onwenselijk is?", vraagt ze onder meer. "En klopt de aanname van de PvdA dat dit bedrijf Arriva koopt met als doel zoveel mogelijk winst te maken?"