Venlose veteraan denkt nog elke dag aan de oorlog Indonesië

De 96-jarige Venlonaar Martin Billekens denkt nog elke dag aan de 2,5 jaar waarin hij dienstplichtig was als militair in Nederlands-Indië.
Hij vertelt zijn verhaal tegen Omroep Venlo.
Ontsnapt aan de dood
Billekens kwam in januari 1948 aan in Nederlands-Indië en diende daar als chauffeur van gepantserde carriers. Hij raakte in die tijd twee keer gewond, maar het had hem ook het leven kunnen kosten: "Op een dag stonden we klaar om te vertrekken, toen de commandant naar mij toe kwam. Ik kreeg het bevel de carrier te verlaten en een vrachtwagen te besturen, mijn plek in de carrier werd door iemand anders ingenomen. We waren nog geen half uur onderweg toen de carrier waarin ik had moeten zitten op een mijn reed en in brand vloog. Alle zes de inzittenden kwamen om het leven. Dat had ik moeten zijn. Ik heb me dat later ook verweten, maar dat was natuurlijk onterecht. Ik had het bevel gekregen om die vrachtwagen te gaan besturen, dat was mijn geluk."
Trauma
Een trauma noemt hij die tijd niet. "Ik heb zeker geen PTSS, zoals dat tegenwoordig heet. Maar het komt iedere dag wel even voorbij", spreekt Billekens. Toch spreekt Billekens, net als veel andere Indiëgangers, niet veel over die tijd. "Er was bij thuiskomst ook niemand die me er iets over vroeg. Het leven moest gewoon doorgaan. En de Nederlandse regering wilde die oorlog en ons zo snel mogelijk vergeten. Niet voor niets is het Nationaal Indiëmonument een particulier initiatief. En toen Venlose veteranen hun zestien gesneuvelde collega's wilden herdenken, hield de gemeente dat tegen. Dankzij de kerk is het Venlose herdenkingsteken er toch gekomen."
6000 jongens gesneuveld
Recent droeg Billekens de kist met daarin de spullen uit zijn diensttijd over aan zijn zoon. Daarin zitten ook de brieven die Billekens schreef aan zijn familie. Maar in al die schrijfsels gaat het nooit over de oorlog. "Ik wilde mijn ouders niet ongerust maken", vertelt hij. "Maar ja, al die doden die er vielen, die stonden natuurlijk wel gewoon in de krant. Zesduizend jongens zijn er gesneuveld, voordat de Nederlandse regering inzag dat die oorlog zinloos was. Engeland en Frankrijk hadden na de Tweede Wereldoorlog al veel van hun kolonies opgegeven, maar Nederland wilde voor zijn kolonie vechten. Dat heeft de Nederlandse regering niet goed gedaan."
Herdenking
Toen hij in 1950 Indonesië verliet, deed hij dat met achterlating van zijn collega's die er waren gesneuveld. "Tegenwoordig worden gesneuvelde Nederlandse soldaten weer thuisgebracht. Maar in Indonesië waren het er te veel. Bij de afscheidsceremonie mocht ik bloemen leggen omdat ik twee keer gewond was geraakt", zegt Billekens. Wanneer zondag bij 't Kapelke van Genooi de Venlose gesneuvelden worden herdacht is Billekens erbij. Als een van de laatste nog levende Venlose veteranen. Hij vindt het belangrijk dat de jongens met wie hij diende, herdacht blijven worden. Ook al was de oorlog waarin ze vielen voor Billekens totaal onnodig. "Het was een koloniale oorlog. En ik vroeg me als jonge jongen destijds al af wat we te zoeken hadden in dat verre vreemde land. We hadden daar namelijk helemaal niets te zoeken. En daar kan ik tot op de dag van vandaag nog altijd kwaad over worden."