Huurprijzen blijven stijgen: bijna 5 procent meer in Limburg

Ondanks de regulerende maatregelen van de overheid blijven de huurprijzen in de vrije sector stijgen, terwijl het aanbod daalt. In Limburg betaalde je in het tweede kwartaal van dit jaar gemiddeld 13,69 euro per vierkante meter.
Dat is volgens woonplatform Pararius 4,6 procent hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. Toen was de gemiddelde huurprijs in Limburg nog 13,09 euro per vierkante meter.
Middenmoot
Limburg is niet één van de goedkoopste provincies om een woning in de vrije sector te huren, blijkt uit de cijfers. In Noord-Holland ligt de huurprijs met een gemiddelde van 22,47 euro het hoogst. In Utrecht en Zuid-Holland ligt de gemiddelde huurprijs rond de 18 euro. Limburg is in de middenmoot terug te vinden. In Friesland betaal je het minst: gemiddeld 11,38 euro per vierkante meter.
Stijging zet door
Vooral in de grote steden neemt de druk op de vrije sector van de huurmarkt hard toe, constateert de organisatie. De gemiddelde huurprijs per vierkante meter steeg in Rotterdam, Amsterdam, Utrecht, Den Haag en Eindhoven met 5 tot bijna 8 procent. In dezelfde periode nam het aantal woningen dat te huur werd aangeboden verder af.
Dat het aantal woningen dat te huur wordt aangeboden afneemt, is volgens Jasper de Groot, directeur van Pararius, geen verrassing. "Dit is een direct gevolg van de opeenstapeling van maatregelen die het kabinet heeft genomen en nog wil nemen om de woningmarkt te verbeteren", stelt hij vast.
WOZ-cap
Volgens de huurmarktexpert is de daling van het aantal beschikbare huurwoningen ingezet rond de invoering van de zogeheten WOZ-cap in het woningwaarderingsstelsel. Dat is een maatregel van het kabinet om de WOZ-waarde minder te laten meetellen bij de vaststelling van de huurprijs. Hierdoor vielen volgens Pararius veel woningen van de vrije sector terug naar de sociale sector.
"Huurwoningen die vrijkwamen van huurders, werden veelal niet meer opnieuw verhuurd, maar verkocht. Huurders die niet terecht kunnen op de sociale huurmarkt en niet willen of kunnen kopen, worden hierdoor benadeeld", besluit directeur De Groot.