Minister kijkt alsnog naar schrijnende gevallen hoogwater

Minister Yesilgöz van Justitie en Veiligheid gaat onder druk van de Tweede Kamer alsnog kijken naar de schrijnende gevallen van de hoogwaterramp van juli 2021.
Dat zei ze woensdagochtend in een commissievergadering.
Restschade
De minister probeert hiervoor steun te krijgen in het kabinet. Daarna zal ze contact zoeken met gemeenten waar veel gedupeerden wonen die met een forse restschade zijn blijven zitten. Dan gaat het onder meer om Valkenburg, Meerssen en Gulpen-Wittem. De minister: "Wat is een schrijnende situatie? Dat moeten we eerst samen scherp zien te krijgen. "
Ruimhartig
Probleem is dat honderden gedupeerden van het hoogwater met een restschuld zitten, ondanks de toezegging van het kabinet dat er een 'snelle en ruimhartige compensatie' zou komen. Daarvoor werd de Wet Tegemoetkoming Schade bij rampen (WTS) ingezet. Die bleek in de praktijk te ingewikkeld te zijn met te strenge eisen waardoor een aantal slachtoffers geen of weinig financieel gecompenseerd werden.
Dagwaarde
Veel slachtoffers van het hoogwater die verzekerd waren, bleven vaak met tienduizenden euro's restschuld achter. De verzekeraar vergoedt de dagwaarde van de inboedel, maar om daarna bijvoorbeeld weer nieuwe meubels te kopen is veel meer geld nodig. Bovendien kunnen deze gedupeerden geen aanspraak maken op de WTS.
Eerlijke oplossing
De gemeente Meerssen stelde daarom voor om alle slachtoffers die met een flinke restschuld zijn blijven zitten, eenmalig een bedrag van 20.000 euro uit te keren. Maar ook dat ziet de minister niet zitten. "Een vast schadebedrag uitkeren is voor de een te weinig en voor de ander te veel. Dat vind ik geen eerlijke oplossing. "