Ruim zesduizend Limburgers telden vogels: mus meest gezien

Huismus © iStock
In Limburg hebben afgelopen weekend ruim zesduizend mensen meegedaan aan de Nationale Tuinvogeltelling. Er werden 112.016 vogels geteld.
Net als in de rest van het land staat ook in Limburg de huismus wederom op de eerste plek, de huismus werd ruim 28.000 keer gezien.

Mezen

De koolmees is met 15.765 stuks de nummer twee en werd in het grootste aantal tuinen gezien. Op de derde plaats staat pimpelmees (10.664 vogels). De Limburgse top drie wijkt niet af van de landelijke cijfers, maar de nummer vier is wel anders.

Houtduif

In Limburg staat de houtduif op de vierde plek, terwijl dat in de rest van de Nederland de merel is. Limburgers telden 6351 houtduiven. Marieke Dijksman van de Vogelbescherming legt uit waardoor dat komt: "Limburg heeft in zeker in vergelijking met de Randstad wat meer bossen. De houtduif doet het vooral erg goed in een bosrijke omgeving."
De top tien wordt in Limburg compleet gemaakt door de vink op de vijfde plek (6102), de merel (5894), de kauw (5619) en ekster (4963) en roodborst (4712) en de Turkse tortel (4285).

Trots

Het was de twintigste editie van de Nationale Tuinvogeltelling. In totaal deden er landelijk bijna 140.000 mensen mee die in totaal meer dan twee miljoen vogels telden. Dijksman is trots op de hoeveelheid mensen die meetelden.

Geen groenling door geel

Toch zijn er ook zorgen. Bijvoorbeeld over de afname van de groenling die de laatste jaren flink minder wordt gezien. In 2008 zagen tellers groenling nog in één op de vier tuinen. Inmiddels is dat aantal teruggezakt naar één op de twintig. "Dat heeft te maken met twee dingen. Er zijn steeds minder struiken in tuinen, waar de groenling graag in broedt. We verstenen onze tuinen te veel. Een andere mogelijke oorzaak is de ziekte het geel. Die wordt vaak via voedertafels verspreid", aldus Dijksman.