Vertraging op vertraging: Maaslijn op dood spoor?
Door een ingetrokken aanbesteding duurt het nog langer voordat het Maaslijnspoor geëlektrificeerd en uiteindelijk verdubbeld wordt. De grootse plannen voor de spoorlijn worden steeds gehinderd door opeenstapelende vertraging en kosten.
Een terugblik op het verleden van de spoorlijn tussen Roermond en Nijmegen, dat met veel horten en stoten gepaard ging.
1883 - Aanleg van de Maaslijn
De enkelspoorse Maaslijn werd in 1883 aangelegd en was jarenlang belangrijk geweest kolentreinen uit de Limburgse mijnen. Nadat die midden jaren '70 sloten, kwam de nadruk te liggen op persoonsvervoer.
1988 - Rail21
Eind jaren '80 presenteerde de Nederlandse Spoorwegen (NS) een ambitieus plan voor een nieuw spoorwegbeleid. De Maaslijn moest deel uit gaan maken van het Interregio-Snelnet. Twee keer per uur zou er een trein gaan rijden op het traject. Ook zou er een keer per uur een intercity tussen Maastricht en Groningen gaan rijden. Hiervoor was elektrificatie en verdubbeling nodig van het spoor. Dat kwam er niet van.
1996 - Sneltreinen
Het hele traject werd in 1997 gemoderniseerd, waardoor onder andere sneltreinen konden rijden op het tracé. In de opvolgende jaren reden deze een keer per uur tussen Roermond en Nijmegen. Ook reden er stoptreinen op (gedeeltes van) het traject. De route van en naar Nijmegen werd altijd veel gebruikt door studenten, waardoor de trein vaak overvol zat.
2006 - Problemen met diesels
Toen Veolia de exploitatie van de lijn overnam van de NS, liet het bedrijf dan ook extra treinen rijden vanwege de drukte. Dit waren oude dieseltreinen die in de opvolgende jaren massaal technische problemen kregen. Ook waren ze veel te klein voor de toenemende stroom reizigers. Dit zorgde voor veel vertraging, overgeslagen ritten en te volle treinen. En heel veel kachten van reizigers.
2008 - Verbreding spoor en elektrificatie
Sinds 2008 wordt dan ook weer gesproken over een uitbreiding van de infrastructuur. Het spoor moet worden geëlectrificeerd en gedeeltelijk verdubbeld. Het oorspronkelijke bedrag dat hiervoor werd uitgetrokken, was 154,6 miljoen euro. Daarvan werd 50 miljoen door het Rijk werd betaald en de rest door de provincies Limburg, Noord-Brabant en Gelderland en het vervoersbedrijf. Dit bedrag liep in de jaren daarna steeds verder op.
2014 - Extra treinen
De verdubbeling en elektrificiatie kwamen niet van de grond door onderlinge discussies over de kostenverdeling. In al die jaren bleven de treinen overvol, waarna Veolia in 2014 besloot extra treinen te laten rijden op het nog altijd enkelspoorse traject. Het was een druppel op de gloeiende plaat.
2016 - Arriva
Twee jaar later nam Arriva het openbaar vervoer in Limburg over, omdat de concessie van Veolia was afgelopen. De oude Veolia-treinen werden ingeruild voor modernere treinstellen. Met de verwachte elektrificatie op komst bereidde Arriva zich ook voor op de aanschaf van elektrische treinen. In 2020 zouden ze de problematische dieseltreinen moeten inruilen.
2019 - Deal over kosten
Na jarenlang gesteggel over wie de opgelopen overkosten van het uitbreidingsproject van de Maaslijn moet betalen, bereikten de overheden en spoorbeheerder ProRail eindelijk een akkoord over het opvangen van een tekort van een kleine 60 miljoen euro. Voor de elektrificatie van de Maaslijn was toen een budget beschikbaar van 213 miljoen euro, in plaats van de oorspronkelijk geraamde 155 miljoen.
2021 - Kosten lopen weer op
Na dit akkoord hield spoornetbeheerder ProRail het project nogmaals tegen het licht. Dit infrastructuurbedrijf schatte de kosten veel hoger in. Ze kwamen nu uit op zo'n 320 miljoen euro, 96 miljoen meer dan eerder. ProRail gaat ook kijken hoe de nieuwe streefdatum van 2024 gehaald kan worden. Later hetzelfde jaar blijkt dat dit zogenoemde herstelplan nog eens ruim 30 miljoen euro extra kost.
2022: Nieuwe deadline niet haalbaar
Begin april dit jaar maakte staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur bekend dat de aanpak van de Maaslijn opnieuw vertraging zou oplopen en dat de beoogde einddatum van eind 2024 niet meer haalbaar was. De reden daarvan is dat het tekort aan materialen zoals staal, koper en hout. En de hoge prijzen die als gevolg daarvan betaald moeten worden. De oorzaak daarvan is de oorlog in Oekraïne en de pandemie.