Eureka-momenten: betaald voetbal Nederland begon in Geleen

In 1954 werd Fortuna 54' opgericht. Dit zou de allereerste voetbalclub worden in Nederland die zijn spelers ging betalen.
"Binnen de kortste keren werd Fortuna '54 een topclub", herinnert Fortuna-kenner Koos Snijders zich. Profvoetbal werd destijds nog verboden door de KNVB. Maar bouwondernemer Gied Joosten (Heerlen, 1921 - Maastricht, 1993) verzette zich hier tegen en richtte daarom een alternatieve bond op: de Nederlandse Beroeps Voetbal Bond.
Onverwachte winst
Dat deed hij nadat een elftal van Nederlandse internationals een benefietwedstrijd speelde in Parijs tegen het Franse elftal. Dit gebeurde in het kader van de watersnoodramp in Zeeland. Totaal onverwacht won het Nederlandse elftal in Parijs. Dat leidde tot zoveel enthousiasme en euforie bij het Nederlandse publiek dat Joosten volgens Snijders riep; "En nu is het genoeg, we gaan in Nederland ook betaald voetbal invoeren."
Keerpunt
Dat ging aanvankelijk niet van een leien dakje volgens Snijders, er ging nogal wat discussie aan vooraf met de KNVB. Maar uiteindelijk werd niet lang na oprichting van de Geleense club een overeenkomst getekend waarin werd afgesproken dat in Nederland betaald voetbal mag worden gespeeld; de beroepsclubs mogen worden toegelaten tot de KNVB of ze mogen een fusie aangaan met KNVB-verenigingen. Een keerpunt voor de toekomst van het Nederlands voetbal. Joosten gaf Fortuna '54 manager Huub Adriaans de opdracht een sterk elftal samen te stellen. Dat lukte; drie van de topspelers uit de wedstrijd in Frankrijk (keeper Frans de Munck, stopperspil Cor van der Hart en midvoor Bram Appel) werden aangetrokken om te komen voetballen bij de Geleense club.
Beroemde voetballers
Volgens Snijders werden er ontzettend veel internationale wedstrijden gespeeld, voor Joosten was dat belangrijker dan de landelijke wedstrijden, zo vertelt hij. Het waren tijden van glorie. "De beroemdste voetballers, die kwamen naar Geleen om te voetballen tegen Fortuna '54. Het stadion puilde uit." Het hoogtepunt volgens de Fortuna-kenner was de wedstrijd in 1959 tegen het Braziliaanse Botafogo, waar sterspelers zoals Garrincha en Didi in het Geleense stadion stonden te voetballen tegen de club uit Geleen. Fortuna '54 verloor uiteindelijk met 3-4. "Maar die wedstrijd staat in ieders geheugen gegrift, de mensen hingen tot in de lichtmasten om de wedstrijd te zien", vertelt Snijders.
KNVB-beker
Een nationale titel won de club nooit. Snijders dicht dat toe aan het feit dat er zoveel aandacht werd besteed aan het spelen van internationale duels. Wel won Fortuna '54 tweemaal de KNVB-beker, waarvan een replica in het Fortunamuseum te zien is. Een keer verdienden ze die in 1957 (4-2 tegen Feyenoord in de Kuip; afbeelding bovenaan artikel) en de laatste keer in 1964 (na strafschoppen tegen ADO in het Philips Stadion te Eindhoven).
Na het faillissement van hoofdsponsor Vascomij in 1966 ging het met Fortuna ook bergafwaarts. De club fuseerde in 1968 met Sittardia tot Fortuna Sittardia Combinatie (FSC), in 1981 omgedoopt tot Fortuna Sittard.